
Wetboek van Strafvordering
Artikel 494 
1
 De officier van justitie wint bij de raad voor de kinderbescherming inlichtingen in omtrent de persoonlijkheid en de levensomstandigheden van de verdachte, tenzij hij  
a
 aanstonds onvoorwaardelijk van vervolging afziet of  
b
 de zaak voor de kantonrechter vervolgt.  
2
  Indien de verdachte zich in voorlopige hechtenis bevindt of ingevolge artikel 196 in een inrichting is opgenomen, geeft de officier van justitie onverwijld bericht aan de raad.  
3
  De raad kan de officier van justitie ook uit eigen beweging adviseren.  
4
  De rechter-commissaris kan eveneens bij de raad de inlichtingen, bedoeld in het eerste lid, inwinnen.  
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
 - Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
 

